De jongens en meisjes van defensie

Vorige week had ik de eer om mee te kijken met een reïntegratie-traject voor de jongens en meisjes van defensie. Deze club mensen volgen een traject van een paar weken om middels beweging zich emotioneel, mentaal en fysiek weer klaar te stomen om weer terug aan het werk te gaan.

Twee keer per week komen ze samen en gaan onder andere met onderwerpen als slaap, grenzen aangeven, weerbaarheid, balans en voeding aan de slag. Door middel van beweegsessies wordt het gedrag inzichtelijk waardoor dit makkelijker te veranderen is.

Een deelnemer vertelde mij hoe hij bij een 12 minuten loop zo ver ging dat hij moest overgeven. Zodra hij hoorde dat hij nog 1 minuut had, zette hij toch nog even aan. Dit verhaal inspireerde mij om een training te geven om te leren luisteren naar je lichaam.

De afgelopen decennia hebben we geleerd om veel met ons hoofd te werken. Kennis is macht, luidt niet voor niets het gezegde en we leven op dit moment in een ‘kenniseconomie’. Niet een ‘voeleconomie’. En die kennis heeft ons ook veel gebracht. Wat zouden we zijn zonder. Maar door onze cognitie te ontwikkelen, staan we minder in verbinding met ons lichaam, met ons gevoel. Kijk eens naar de aantallen van mensen die uitvallen wegens burn-out klachten. Je kan je afvragen, is dit de beste manier geweest. Zijn we niet te ver gegaan?

Nu snap ik ook dat als je voor defensie werkt, je een bepaalde taak hebt. Je hebt het land te verdedigen en zal dus in situaties komen waarbij je over je grenzen moet gaan. Zeker als het een zaak van leven of dood is, dan ga je niet eerst even rustig voelen. Dan ga je. Punt. En ik snap ook dat je getraind moet worden om dit aan te kunnen.

De training die ik bedacht was een fysiek zware training. Ik liet ze zelf inschatten wat zij dachten te bereiken in een bepaalde tijd. En hoe gaan ze ermee om. Hoe schatten ze zichzelf in? Schat je jezelf te hoog, of te laag in? En waarom doe je dat? Na de 15 minuten van intense work-out vroeg ik ze om op de grond te komen liggen, op hun rug met de ogen gesloten. En eens te voelen. Contact te maken met het lichaam. Van de hakken tot aan de kruin liepen we het hele lichaam langs. Ik vroeg ze stil te staan daar waar hun lichaam extra aandacht vroeg. Hoe is het om te luisteren naar je lichaam?

Als je zwaar fysiek getraind hebt, is het makkelijk om te luisteren. Je lichaam schreeuwt aan alle kanten. Hoe doe je dat als je niet zwaar traint? Hoe doe je het als je veel moet doen voor je werk. Je stress toeneemt en je alleen maar drukker en drukker wordt? Je lichaam geeft nog steeds heel de dag signalen, alleen iets minder hard. De kunst is om daar naar te leren luisteren.

Bij defensie was dit ook de opmerking die ik het meest hoorde: na een zware training voel ik wel de signalen. Maar niet als ik heel de dag achter mijn laptop zit.
En dat is precies mijn punt. Een zere rug, pijnlijke nek of hoofdpijn zijn al voldoende signalen. Maar dat vinden we dan niet nodig om naar te luisteren…

Wist je dat in 2018 38,5% van de vrouwen tussen de 35 – 39 jaar te maken met overspanningsklachten? In datzelfde jaar had ruim 20% van mannen tussen de 41 en 45 jaar deze klachten (cijfers van RIVM). Velen van ons lopen jaren met klachten die uiteindelijk leiden tot uitval. Blijkbaar moeten we ons helemaal tot het gaatje werken, tot we echt inzien dat het niet gaat. Wat mij betreft leren we al eerder te luisteren naar de klachten. De volksgezondheid zal er baat bij hebben.

De lessen van Jip: zeg wat je wil

Sinds eind mei hebben wij een pup in huis. Deze Friese Stabij is inmiddels 16 weken oud en heet Jip. Met dit mannetje erbij in huis, loop je tegen de nodige uitdagingen aan. Maar hij heeft je ook wat lessen te leren. Lessen die ik mee kan nemen in het runnen van mijn onderneming en in het dagelijks leven.

Als Jip dorst heeft, en zijn waterbak is leeg, dan gaat hij al blaffend voor zijn waterbak liggen. Hij blaft net zo lang tot je de waterbak vult. 
Als Jip moet plassen, gaat hij voor de deur zitten en begint te piepen. 
Als Jip moe is, gaat hij liggen (ook al loop je met hem buiten).
Als Jip het warm heeft, ligt-ie met zijn benen wijd op de grond.
Jip zegt wat hij wil. En is daar heel duidelijk in ook. Hij houdt niet rekening met het feit dat je misschien met iemand aan de telefoon zit en je daardoor niets meer van het gesprek hoort als hij blaft. Of dat je geen tijd hebt om hem uit te laten omdat je naar een afspraak moet. Jip neemt zijn ruimte in en houdt totaal geen rekening met jouw mening over hem. 

En ik denk dat wij hier nog wat van te leren hebben van Jip. Want hoeveel mensen durven zich echt uit te spreken? Hoe veel mensen zeggen wat ze echt willen? Of doen wat ze echt willen? Hoeveel hou jij je bezig met de mening van de ander? Hoevaak doe je iets niet omdat je bang bent voor afwijzing? Dat je denkt: wat zal men wel niet van mij denken? 

Opkomen voor je eigen mening, je eigen pad volgen en doen wat jou gelukkig maakt. Dat heeft Jip mij te leren. Jip denkt niet: och wat zal Juliëtte denken als ik blaf? Wat zal ze wel niet van mij vinden?  Hij zegt: hier ben ik. Deal with it.

Mensen die hun eigen pad volgen en geen rekening houden met wat anderen er van denken, inspireren mij altijd. Ze komen krachtiger en gelukkiger over. Stel je bent bang om mensen daardoor kwijt te raken, ligt het dan aan hen? Of aan jou?

Be yourself, no matter what they say

Toen ik nog een klein meisje van 10 jaar oud was, zong en danste ik altijd veel met mijn moeder. Een van de nummers waar we altijd op zongen was ‘Englishman in New York’ van Sting. In dit nummer zingt hij een paar keer ‘Be yourself, no matter what they say’. Mijn mams vond en vindt dat altijd een belangrijke zin. Wees jezelf, er zijn al genoeg anderen.

En laat het nou net geen toeval zijn, dat ik deze woorden als basis van mijn onderneming gebruik. Hoe moeilijk is het om in de huidige maatschappij voor je eigen normen en waarden te staan, want laten we wel wezen. Wat is jouw mening en wat is van een ander? Wat wil je zelf nu eigenlijk? Hoe blijf je overeind in de huidige maatschappij?

Van kleins af aan leren we al dat we in een bepaald stramien moeten volgen. Steek je boven het maaiveld uit, en daar was ik 1 van, dan blijft er niet veel van je heel. Hoe eerlijk is dat? Ik was 8 toen ik van Amsterdam naar Purmerend verhuisde. Een andere stad, een andere school, andere vriendjes en vriendinnetjes. Ik had vooral veel moeite met mij aan te passen op mijn nieuwe basisschool. Ik had veel ‘gedoe’ met leerkrachten. Ik was bijdehand, kreeg veel straf en paste er niet. Ik dreef sommige leerkrachten tot wanhoop. Het enige wat ik deed, was voor mezelf opkomen. Ik zei als ik het ergens niet mee eens was. Maar dat werd daar niet gewaardeerd. Vanaf dat moment leer je dus: als ik anders ben, dan val ik buiten de boot.

Wat een ruk les. Moeten we dan maar allemaal hetzelfde zijn? En of je nu wil of niet, maar zo’n les neem je mee. Meedraaien in de maatschappij, dezelfde mening hebben, hetzelfde zijn. Terwijl we niet hetzelfde zijn! En daar mag je voor staan ook.

Het is fijn om met mensen buiten te werken en ze te laten voelen wie ze echt zijn. Wat hun kracht is. Het logo van krachtpatsers staat in de maansymboliek voor kracht. Omdat ik geloof dat als je jezelf bent, je echt in je kracht staat.

Maar wie zijn we? Wie ben jij? Weet je wie je bent? Hoe dicht sta je bij jezelf? En durf je op te komen voor wie je bent? Ook al is die mening anders. En om dat te durven, om voor je eigen stem op te komen is kracht nodig. Kracht die wij allemaal in ons hebben. Ook al denken we soms van niet.

Daarom vind ik de zin: ‘be yourself, no matter what they say’, ook zo krachtig. Want durf je jezelf te zijn ook al is de stem van anderen nog zo luid?

Ik dank mijn moeder uit de grond van mijn hart dat ze mij deze les heeft geleerd. Wie zou ik geweest zijn, als zij mij die ruimte niet had gegeven. Daarom is deze blog een ode aan haar, omdat het gewoon een geweldig wijf is.

Het verhaal van Anna.

Er is een dame die bij mij traint. Voor dit verhaal noem ik haar Anna. Anna heeft een goed betaalde fulltime baan, twee kinderen, een man en is 40 jaar oud. Anna kwam, net als meerdere dames die ik begeleid, naar mij toe met de wens: ik wil afvallen. De knop was om, er moest nu echt iets gebeuren. 

Anna wil 10 kilo afvallen. Want, zegt ze, als ze 10 kilo afvalt dan … En dan volgt er een hele waslijst. Dan ben ik weer gelukkig met mezelf, dan ben ik tevreden, dan vinden anderen mij aardig, dan … etc etc. 

Ze vertelt over een foto van vroeger. Daar was ik echt gelukkig, zegt ze. Maar het gekke is dat ik mijzelf toen ook al te dik vond. Terwijl als ik naar die foto kijk, denk ik: meid wat maakte je je druk. Ik zou nu een moord doen voor zo’n figuur. 

Ik laat het gesprek even stilvallen. 

Anna, vraag ik. Denk je dat je gelukkig bent als je die 10 kilo kwijt bent? Of vind je dan wel iets anders wat niet goed genoeg is? Of is die 10 kilo dan eigenlijk niet genoeg? Het hadden er ook 15 kunnen zijn? Is het ooit wel goed genoeg, vraag ik haar. 

Anna krijgt tranen in haar ogen. Het is nooit goed genoeg zegt ze. Ik zou zo graag tevreden willen zijn, rust in mijn hoofd hebben en mezelf niet constant naar beneden halen. 

Anna is niet de enige dame die bij mij traint waar uiteindelijk dit verhaal naar boven komt.

Waarom is het nooit goed genoeg?

Wat is dat toch? Waarom doen (sommige) vrouwen dit? Waarom luisteren we zo naar die interne criticus? De dictator waar het nooit goed genoeg voor is. Ik ontmoet de meest slimme vrouwen, allemaal gestudeerd met een dijk van een CV. Maar toch: het kan altijd beter. Het kan altijd meer. Het is nooit goed genoeg. Is dit iets wat we elkaar aan praten? Of speelt er meer dan dat? 

Waarom zijn we zo hard voor onszelf? Wanneer is dat in de mode gekomen? Als ik kijk naar de vrouwen om mij heen, in mijn leven, zijn ze allemaal geweldig. En maken ze van elke dag het beste. Ze werken, zijn moeder, zijn echtgenoot, doen het huishouden, de boodschappen, zijn een vriendin, zorgen voor de ouders, ze houden alles draaiende. En toch: niet goed genoeg. 

Waarom doen we dit? Willen we in die rol zitten? Of is het nu eens tijd om onze schouders eronder te steken en te zeggen: hier ben ik. En dan ben ik misschien een kilo te zwaar of zit mijn haar niet: so what? This is me. En dat is helemaal ok.

Ze hebben schijt aan de wereld.

Ken je van die mannen die met het warme weer met ontbloot bovenlijf gaan fietsen? Ik zeg dit met alle respect: maar dit zijn vaak mannen die net even een paar biertjes te veel op hebben. En toch doen ze het. Ze hebben schijt aan de wereld. Zij willen er zo bij lopen, dus dan doen ze dat. Kijk, mannen zijn geen vrouwen en vrouwen zijn geen mannen. Ik pleit er niet voor dat vrouwen met een ontbloot bovenlijf door de stad moeten lopen (soort feministische golf lijkt dit wel). Maar we mogen wel wat leren van de: schijt aan alles houding. Sta je mannetje, je mag er zijn!

Kijk niet alleen naar wat je niet hebt, wat er niet goed aan je is. Maar zie de schoonheid in jezelf. Wat je allemaal voor elkaar krijgt. Wat je op een dag allemaal doet. Als alle vrouwen dit nu zouden doen, dan geloof ik dat de wereld een stuk vriendelijker zal worden.

Anna en ik gaan eens per week samen naar buiten. Door middel van verschillende beweegsessies leer ik haar om met compassie met zichzelf om te gaan. Met liefde. Ik leer haar hoe het is om je lichaam als vriendin te zien, in plaats van vijand. En gaat het een keer een dag niet: dan gaat het niet. Dat is ook ok. Want elke les en elke dag is er 1. 

Een extra les van Jip: keep it cool.

Is er al gezegd dat het heet is? Met temperaturen boven de 30 graden, gaan ramen en deuren dicht en worden we lomer en lomer. We zoeken massaal verkoeling door het water op te zoeken. Helaas levert dat ook de nodige files op richting het strand. En laten we wel wezen: in de file staan onderweg naar het strand is zo’n beetje het ergste wat er is. Tijd om dus ook andere manieren van verkoeling te zoeken. 

Onze pup Jip heeft het antwoord op deze zinderende hete dagen: keep it cool. Hoe? Jip is een Friese Stabij van 15 weken oud en hij heeft het zo warm nu. En het vervelende voor honden is dat zij alleen maar afkoeling vinden door middel van hun voetzolen en hun tong. Maar Jip houdt zich gewoon rustig. Hij eet minder en slaapt meer. Is dat het antwoord voor alles? 

Niet voor alles, maar wel voor veel. Doe rustig aan, eet minder of eet licht verteerbaar en zoek je rust. Zoek de koelte. Helemaal midden op de dag. Ga niet liggen bakken en draaien in die bloedhete zon. Zorg dat je voldoende water drinkt en wees voorzichtig met alcohol. 

En mocht je het nu echt te warm hebben, dan kan je er altijd nog zo charmant bij gaan liggen als Jip. Wie weet koelt dat ook wat af. 

De lessen van Jip: Speel!

Sinds eind mei hebben wij een pup in huis. Deze Friese Stabij is inmiddels 14 weken oud en heet Jip. Met dit mannetje erbij in huis, loop je tegen de nodige uitdagingen aan. Maar hij heeft je ook wat lessen te leren. Lessen die ik mee kan nemen in het runnen van mijn onderneming en in het dagelijks leven.

Deze week leerde Jip mij dat je meer mag spelen in het leven. Jip houdt van rennen, spelen met andere honden, achter ballen aanrennen (en ze nog niet terugbrengen) en trekspelletjes. Jip is altijd in voor een spelletje. Nooit beroerd om even een stukje met je te rennen of om je uit dagen om de bal te gooien. 

En dat deed me beseffen: we spelen in het leven te weinig. We mogen het leven soms wat minder serieus nemen. 

Natuurlijk, iedereen maakt de nodige shit mee. En ik wil echt niet claimen dat je dan vrolijk moet blijven lachen en doen alsof er niets aan de hand is. Maar we mogen het leven lichter benaderen. Het mag wat minder serieus. 

Ik heb er zelf ook een handje van: ik kan zaken nogal snel serieus nemen. Of gesprekken moeten bij mij allemaal betekenis vol zijn. Of als ik weer op een seminar raar sta te dansen helpt het mij om het allemaal wat lichter en luchtiger  te bekijken. Speel wat vaker in het leven en verwonder je in plaats van je te ergeren. We mogen meer dansen en zingen. En al ziet het er niet uit of klink je vals: who cares? 

Of kijk eens hoe je bepaalde taken uitvoert. Moet het dan gelijk perfect? Hoe hoog leg je de lat voor jezelf? Of sta je jezelf toe om fouten te maken. Kan jij er om lachen en door gaan? Opstaan en weer doorgaan. Je mag fouten maken. We verwachten allemaal zo veel van onszelf, we zijn zo serieus. Wanneer is dat in de mode gekomen? 

Ik kan de neiging hebben om iets gelijk de eerste keer goed te doen. Of als iemand voor het eerst bij mij traint: gelijk een perfecte training neer te zetten. Want iemand moet wel het idee hebben, dat je weet wat je doet. Tuurlijk neem ik mijn werk serieus. Maar ik mag er mee om lachen, ik mag het luchtiger bekijken. Want ik ben van mening dat het voor mijn coachee ook veel fijner wordt, omdat het meer ontspannen is. En iemand die ontspannen is, leert veel meer. 

Daarom: denk als Jip en speel! Neem een bal mee (en dan een pingpong bal, want die is zo lekker licht) en speel! Herinner jezelf eraan dat het allemaal niet zo serieus hoeft. Geniet van het leven en je ziet zo veel meer moois om je heen. 

Zo is elke dag vakantie!

En, was jij diegene die ‘ja’ zei op de vraag: ik ben zo toe aan vakantie. Wees gerust, je was niet de enige. Uit verschillende hoeken kreeg ik te erkenning op mijn blog. Veel mensen in mijn omgeving werken ook van vakantie naar vakantie. Maar hoe zorg je nu dat dat minder wordt, hoe zorg je nu dat het hele jaar als een vakantie voelt. 

In deze blog deel ik de tips voor een meer ontspannen leven.

Doe meer van wat je leuk vindt. 

Hoeveel energie per dag spendeer jij aan dingen waar je energie van krijgt? Van dingen die je echt leuk vindt? Ben je alleen maar voor anderen in de weer, of heb je op een dag ook een paar momenten voor jezelf? 

Beweeg!

Preken voor eigen parochie dit natuurlijk, maar het is zo waar. Zorg dat je meer beweegt. En dan bedoel ik niet gelijk heel veel gaan sporten: maar ‘gewoon’ bewegen. Neem de fiets naar het werk, parkeer de auto verder weg, doe lopend boodschappen, haal de kinderen met de fiets op, ga na het eten een stukje wandelen. Beweeg! Bewegen heeft bewezen: je wordt er gelukkiger van.

Ga naar buiten!

Ja, ook een beetje mijn paradepaardje. Maar buiten zijn, is goed voor je. Met buiten zijn, maak je vitamine D aan. Dat is niet alleen goed voor je botten, huid en haar. Maar buiten zijn maakt je gelukkig. Zoek regelmatig de natuur op en als het even kan zorg dat je daar aan de nodige beweging komt. Sla je gelijk twee vliegen in 1 klap. 

Maak je niet zo druk en pieker niet.

Klinkt makkelijker gezegd dan gedaan. Maar wij zijn zo goed om ons druk te maken op zaken die we niet kunnen veranderen. We maken ons druk om het weer, om het verkeer, om de tuin van de buren, om de overlast, om het parkeergedrag van de ander, om … en weet ik wat niet. Hou ermee op. Richt je op jezelf. Het is al moeilijk genoeg om daar verandering in te brengen, laat staan om anderen te willen controleren of veranderen. 

Neem een coach. 

Ze zijn er genoeg, dus dan kan je er net zo goed gebruik van maken! Maar een coach kan je helpen om je verder te helpen in het leven, om zaken te veranderen die je wilt aanpakken in je leven. Je hoeft het niet alleen te doen. 

Eet gezond. 

Och, een open deur? Toch doen we het veel te weinig. We eten te veel bewerkte producten en te weinig volwaardige maaltijden. Sla geen maaltijden over, eet 300 (!) gram groenten per dag, en 2 stuks fruit. Drink voldoende water om je lichaam gehydrateerd te houden. 

Zoek de stilte op. 

Zoek elke dag de stilte in jezelf op. Mediteer en ontspan. Door elke dag 10 minuten de rust in jezelf te zoeken, houd je je geest helder en scherp. Geloof me: je wordt er een beter mens van. 

Integreer deze tips in je leven en ook jij hebt elke dag een beetje vakantie. Wat trouwens niet betekent dat je nooit meer moet gaan reizen, want het blijft een prachtige verrijking van je leven…

Photo: miss smile photography

Hoeveel hoort een kind te bewegen?

Vorige week schreef ik dat 13% van de kinderen tot 18 jaar overgewicht heeft. Door gezonder te eten en meer te gaan bewegen zorgen we ervoor dat onze kinderen geen gezondheidsproblemen krijgen. Maar hoeveel moet een kind nu bewegen? 

Vanuit de gezondheidsraad is er een beweegrichtlijn opgesteld. Deze richtlijn is er niet alleen voor volwassen, ook voor kinderen tussen de 4 en 18 jaar. Hierin staat dat kinderen elke dag een uur matig tot intensief moeten bewegen en 3 keer per week spier- en botversterkende oefeningen doen. Denk bij het eerste aan fietsen, touwtjes of trampoline springen en rennen. Bij het laatste kan je denken aan klimmen en klauteren, maar ook dansen, voetbal of volleybal of gewoon buitenspelen.

Als ouder kan je je kind ook stimuleren om meer te bewegen. Denk eens aan de cadeaus die jij je kinderen geeft. Zijn die gericht op meer te bewegen of niet? Is het een telefoon en een tablet of is het een voetbal, springtouw of een step?

Hoe is de slaapkamer ingericht, staat er een tv? En geef je zelf het goede voorbeeld? Doe je alles met de auto? Of ga je samen op de fiets naar school, boodschappen doen of naar het park? 

Wat eet je kind op een dag? Geef je als tussendoor groenten, noten of fruit? Of ga je voor een liga, koek of snoep? En stimuleer je gezonde voeding? Staat er bijvoorbeeld een fruitmand in de kamer. Is het een kast met lekkers waar de kinderen makkelijk bijkunnen? 

Kinderen zullen eerder gaan sporten als jij zelf ook het goede voorbeeld geeft. Hoe leuk is het om samen met je kind te gaan sporten. Samen een potje voetbal, honkbal of misschien wel samen dansen of naar de yoga. 

Ik heb geleerd dat als je kinderen mee neemt in je training en ze erbij betrekt, ze het al heel snel leuk vinden. Je kan van alles een spelletje maken, een spelelement bij bedenken. Of er een wedstrijd van maken, waarbij er natuurlijk meerdere winnaars kunnen zijn 😉

Ik ben benieuwd naar jouw ervaring en tips. Hoe stimuleer jij je kinderen om meer te sporten? 

×

Ik sta altijd voor je klaar als je hulp nodig hebt!

× Vragen?