We leven in een maatschappij waar we voornamelijk vanuit het hoofd werken. Kennis is macht en we hechten veel waarde als iemand ergens veel van af ‘weet’ . Doordat we ons zo focussen op onze gedachten en die te volgen zijn we verder van ons lijf af gaan staan. We zijn minder gaan luisteren naar de signalen die ons lichaam geeft, het hoofd is voornamelijk aan het woord. Terwijl er zoveel informatie in het lijf verborgen is. We zijn alleen verleerd om er naar te luisteren.
Een tijdje terug begon een deelnemer een traject bij mij. Ze wilde meer rust en ruimte in haar hoofd en wilde leren om naar het lichaam te luisteren. Deze dame van middelbare leeftijd is altijd heel sportief geweest. Ze heeft op hoog niveau gedanst, geturnd en heeft de laatste jaren veel gedaan aan kickboksen. Haar lichaam heeft altijd in dienst van haar gestaan. En haar lichaam deed het ook nog allemaal! Alles wat ze vroeg, nog meer trainen, nog meer uitputting, het lichaam deed het allemaal. Je voelt hem aankomen: ze viel uit. Lichaam was op, wilde niet meer. Het lijf was klaar. Het gevolg was dat ze jaren niets meer deed. Want als ze weer ging hardlopen, verwachtte ze van het lichaam hetzelfde als ze altijd gedaan had. Maar dat kon helemaal niet. Gevolg: frustratie tijdens het sporten waardoor ze uiteindelijk helemaal niet meer bewoog. Daar werd ze geen beter mens van. Ze voelde zich ellendig en rusteloos maar durfde niet te gaan bewegen. Want: niets was goed genoeg.
Tijdens 1 van ons eerste trainingen vroeg ik haar welke emoties ze wel eens ervaarde tijdens het sporten. Ze noemende angst, vertrouwen, trots maar ook vermoeidheid, boosheid en frustratie. Ik vroeg haar vervolgens om tijdens onze training deze emoties te gaan ervaren. Dit deed ik door haar een zware oefening te laten doen en haar na 30 seconden te vragen naar de emotie. En wat denk je? Ze zat alleen maar in die frustratie. Ze zat keihard te vechten op dat veld om maar door te gaan. Dat was niet te doen. Uiteindelijk moest ze ook stoppen. Haar hoofd, haar gedachtes trokken haar als het ware naar beneden. En ze ervaarde met het lijf hoe zwaar dat was.
Toen ik haar vroeg hoe de oefening voor het lijf was, zei ze: goed genoeg. Ze voelde haar spieren, ze was vermoeid en het was goed zo. Maar dat hoofd ‘vond daar wat van’. Die vond dat ze maar door en door moest gaan. Terwijl dat haar niet dichterbij haar doel bracht, want uiteindelijk moest ze stoppen omdat ze ‘gebukt’ onder die gedachtes ging.
Door deze oefening leerde de deelnemer naar het lijf te luisteren. Even niet naar de ‘gedachte-machine’ die maar nooit stopt. Maar stil te staan en te luisteren om te horen: het is goed zo.
Deze column verscheen vorige week ik de bijlage FIT van het Leidsch Dagblad, Noordhollands Dagblad, Gooi- en Eemlander, Haarlems Dagblad.