krachtpatser van de maand: Steven

Eens per maand zet ik iemand in de spotlight die in mijn ogen een krachtpatser is. Iemand die alles uit het leven haalt, goed voor zichzelf zorgt en verantwoordelijkheid neemt over zijn eigen leven. Deze maand: Steven. Hij werd aangedragen door onze krachtpatsers van vorige maand, Anne en Saskia.

Stel jezelf eens voor: wie ben je, wat doe je?  

Ik ben Steven, 37 jaar en ik woon samen met mijn vrouw Maaike en twee kinderen (4 en 2 jaar) in Sassenheim. Sinds mei van dit jaar ben ik op de dinsdagavond aangesloten bij de club van Juliëtte. Daarnaast sport ik ook nog in de sportschool en ben ik betrokken bij de voetbal.  

Wat heb je afgelopen jaar geleerd? 

Zoals Saskia en Anne al in hun stukje aanhaalden, heb ik een flinke tegenslag gehad met mijn gezondheid. Daarnaast is het ook een heel gek jaar geweest door Corona. Door deze situatie heb ik geleerd om nog meer te genieten van de ‘kleine’ dingen en energie te steken in dingen waar ik wel invloed op heb zoals bijvoorbeeld een gezonde leefstijl nastreven.  

Wat is je grootste ontdekking dit jaar geweest? 

Het buitensporten in een groep is mij heel goed bevallen. Ik had dit nooit gedacht maar omdat Maaike en haar vriendinnen zo enthousiast waren en mooie resultaten behaalden, heb ik een proefles meegedaan. De oefenvormen zijn gevarieerd en alle spieren komen aan bod. Dat voel ik goed na iedere training. Het is voor mij iedere keer weer een uitdaging om het uiterste uit mijzelf te halen en daar was ik naar op zoek.  

Wat is je grootste uitdaging geweest dit jaar? 

Kijken naar mogelijkheden ipv onmogelijkheden. Dat klinkt altijd heel makkelijk maar is in de praktijk echt een uitdaging. Door binnen de mogelijkheden te blijven denken en handelen, kun je ook stapjes maken die samen weer een grote stap vormen. 

Stel: je mag 20 jaar terug in de tijd? Wat zou je tegen jezelf willen zeggen? 

Leef in het hier en nu. 

Wiens verhaal moeten wij echt horen en is volgens jou een krachtpatser?  

Fredie! Zij heeft ervoor gezorgd dat Maaike en haar vriendinnen bij Juliëtte terecht zijn gekomen. En ik nu dus ook. Fredie is op en top sportvrouw en bikkelt iedere training weer tot het gaatje.  

Waar zit jouw energielek?

Weet jij waar het meeste van jouw energie naar toe gaat over de dag? Is dat werk, sociaal leven, thuis of ben je dat zelf?

Afgelopen week deed ik een mooie oefening met een deelneemster. Zij werkt 36 uur, heeft een drukke baan, heeft een relatie en heeft ook een aantal persoonlijke zaken die veel tijd van haar vragen. We maakten 4 stations, werk, relatie, zij zelf en sociaal leven. Ze kreeg van mij een stapel tennisballen en moest die over de stations verdelen; hoe meer tennisballen, hoe meer energie daar naar toe ging. Bij elke station hoorde een fysieke oefening. Hoe meer tennisballen ze bij het station neerlegde, hoe meer herhalingen ze moest doen. Zo voelde ze letterlijk hoeveel energie werk, prive en sociaal leven kostte.

Bij haar was de verdeling met name op werk en haar zelf. Haar vriend en haar sociale leven kregen minder tennisballen toebedeeld. De meeste ballen lagen bij haarzelf. Toen ze bij haar eigen oefening aan kwam, raakte ze geëmotioneerd. “Ik word verdrietig dat ik zo veel tijd voor mezelf nodig heb.” Deze jonge meid heeft het nodige meegemaakt en heeft sinds haar 15de (ze is nu begin 20) al depressieve klachten en komt hier nu langzaam uit. Je kan je voorstellen dat je dan ook nog tijd nodig hebt voor jezelf. Is het echt zo erg dat je dat nu nodig hebt? Is het zo erg dat je nu tijd nodig hebt voor jezelf. Gezien waar je vandaan komt?

Uiteindelijk kwam zij tot de conclusie dat misschien je hoofd (je ego) zegt, dat je niet zoveel tijd aan jezelf mag besteden, dat er meer tijd naar je relatie moet. Maar haar lichaam, haar gevoel, zij duidelijk: het is wel goed zo. Ik heb dit nu nodig. Waarbij ze zelfs begreep dat als ze dit nu niet zou doen, uiteindelijk alle ballen bij haar zouden liggen omdat ze dan in een burn-out zou raken en niets meer kon. Ze had de tijd nu om aan haarzelf te werken en een vriend thuis die daar alle begrip voor heeft. Ik vroeg haar: Wil je de ballen nog zo gaan neerleggen zoals je zou willen? Haar antwoord was: “Ze liggen precies zoals ze zouden moeten liggen. Als ik voldoende tijd en rust voor mezelf houd, dan komt er een tijd dat er meer ballen naar mijn relatie kunnen. Maar dat is nu nog niet het geval.”

Als coach kom ik vaak tegen dat mensen verward raken door het hoofd: daar moeten ze zo veel van. En die gedachtes kakelen maar door. Terwijl het lichaam veel intelligenter is, en precies weet wat goed voor je is. Door te bewegen, kom je hier makkelijker mee in verbinding. Leer je te luisteren naar het lichaam en zie je in dat alles er al is en goed is zoals het is.

Hoe reageer jij als men richting je grens gaat?

Hoe reageer jij als iemand richting je grenzen gaat? Ga jij je verdedigen of laat je iemand te dichtbij komen? Tijdens een assertiviteitstraining van afgelopen week deed een deelneemster mee. Zij vertelde me dat ze vaak in situaties haar mond hield tot het te hoog opliep en ze dan in 1 keer een uitbarsting had. Ze voelde zich daar heel vervelend bij en wilde graag eerder voor zichzelf opkomen.

We deden een oefening waarbij we tegenover elkaar stonden. Zij had 2 stokken vast aan de uiteindes en ik de andere kant. Achter haar hadden we een zwarte streep getrokken. Dit stond voor haar grens. Eerste lieten we de deelnemers onderling werken. Hoe wordt er gereageerd als iemand je richting je grens duwt? Wat doe je? Ga je je verdedigen of laat je iemand dichterbij komen?

In de eerste ronde, waarbij de deelnemers met elkaar aan de slag gaan, werd er veel afgetast. Hoe is het als iemand dichtbij komt. Wat is je eerste reactie? Hoe voelt het? In de tweede ronde stapte de coach de cirkel in waarbij het de uitdaging was om iedere deelnemer te ‘triggeren.’ Bij de een werd er vol agressie ingegaan, maar bij deze deelneemster ging het daar niet om. Zij moest gaan voelen. Hoe voelde het als iemand tegendruk gaf. Waar in haar lichaam kon ze dat voelen? En hoe zou ze gaan staan als ze zichzelf wilde verdedigen?

De coach bleef de stokken duwen, maar probeerde haar te laten voelen dat ze weerstand kan bieden. Maar ook dat ze in contact staat met haar lichaam. Welke signalen komen er naar boven? Waar voelde ze het?

Waar ze in het begin nog onzeker stond, kon ze met behulp van de coach, steeds sterker staan. Het verschil met het begin van de oefening en de druk die ze gaf ten opzichte van het einde was enorm. Zonder enige moeite kon ze voor zichzelf opkomen. En in haar lijf voelen hoe ver ze wilde gaan.

Dit is een mooi voorbeeld hoe een ervaring door middel van beweging verankerd in je lichaam. Doordat zij voelde hoe het is om weerstand te bieden, om laag te ademen en rustig te blijven staan, zal zij dit gevoel op andere momenten makkelijker naar boven halen. Doordat ze met haar lichaam heeft samengewerkt, heeft ze een ervaring opgedaan die ze nooit meer zal vergeten.

Na afloop vroeg ik haar: wat neem je mee uit deze training. “Eerder luisteren naar de signalen die mijn lichaam geeft”, was haar antwoord.

Ken jij jouw emotionele grens?

Ik heb geen zin meer. Ik ben er klaar mee. Wat een stomme oefening. 

Herken je dit wel eens als je traint? Grote kans dat je dan tegen je emotionele grens bent aangelopen. Bij sommige van mijn klanten train ik ze op het ervaren van hun grenzen. Die emotionele grens zegt misschien wel: het is wel goed zo. Ik ben er klaar mee. Terwijl je fysieke grens misschien wel hoger ligt.

Vorige week deed ik een aantal oefeningen met een van mijn klanten. Deze jonge jongen wil graag wat gewicht verliezen en vindt het moeilijk om door te zetten. Ik liet hem een complexe oefening doen: hij moest in een plank komen staan en plank jacks maken. Hierbij spring je met je voeten wijd en weer naar binnen terwijl je je handen op de grond staat. Je kan je misschien wel voorstellen hoe lastig en zwaar deze oefening is. Alle druk is op je schouders en op je handen. Daarnaast spring je steeds waardoor er van alles beweegt en zeer gaat doen. Bij deze jongen kroop zijn shirt ook omhoog. Je zag zijn frustratie en begon met 1 arm zijn shirt naar beneden te trekken, terwijl hij doorging met de oefening. Binnen 10 seconden gaf hij het op. Hij zuchtte diep en zei: Ik ben er klaar mee. 

Ik vroeg hem wat er gebeurde waarop hij zei: ik vind het een stomme oefening.
“Wat zegt je lijf”, vroeg ik hem. “Had je nog door kunnen gaan.” Hij wachtte even voor hij antwoord gaf en zei toen: “Ja, ik had nog wel door gekund.” 

Ik vroeg hem of hij dit herkende in zijn dagelijks leven. Wat gebeurt er als iets frustreert, of het gaat niet zoals hij wil. Wat doet hij dan? Gooit-ie dan ook de handdoek in de ring? 

En ja, dat deed hij. Hij herkende zijn eigen gedrag terug in een oefening. Door deze oefening te doen, verankerden we als het ware de ervaring in zijn lijf. Waardoor hij veel eerder bewust zal zijn van zijn gedrag.

Deze week zie ik hem weer en zal ik hem weer wat vervelende oefeningen geven. Zo leert hij nieuw gedrag aan, waarbij hij ook luistert naar zijn lichaam.